Pastorale brief


In het Aartsbisdom Utrecht start op de Eerste zondag van de Advent (zondag 1 december 2019) een ‘Jaar van de Eucharistie’, dat loopt t/m Christus, Koning van het Heelal (22 november 2020). In de aanloop naar dit jaar heeft kardinaal Eijk een pastorale brief geschreven, getiteld: ‘De Eucharistie (weer) beleven als het kloppend hart van het geloofsleven’. Deze brief is gedateerd op het Hoogfeest van Sacramentsdag (23 juni) en is inmiddels naar alle parochies gestuurd ter verspreiding.

Kardinaal Eijk spreekt in de brief op de eerste plaats zijn grote dankbaarheid uit voor het gegeven dat “in de parochies van het Aartsbisdom Utrecht velen – priesters, diakens, pastoraal werkers en anderen, onder wie veel vrijwilligers – met geloof, liefde en toewijding zorgen dat op tal van plaatsen de Eucharistie gevierd kan worden.”

Hij benadrukt dat “de deelname aan de Eucharistie in geloof en overgave het meest intensieve sacramentele Godscontact tot stand brengt dat er in deze wereld bestaat. Het valt daarom te betreuren dat veel katholieken daar niet van doordrongen zijn en slechts circa 4 à 5 procent van hen deelneemt aan de Eucharistievieringen in onze kerken, op zondag, die we de ‘Dag des Heren’ noemen, omdat dit de dag is waarop de Heer uit de dood is verrezen.” Met het doel “om ons allen te doordringen van deze betekenis van de Eucharistie, waarin we heel het paasmysterie vieren, dat wil zeggen Jezus ontmoeten in zijn lijden, sterven en verrijzen, roept het Aartsbisdom Utrecht in de pastorale brief die nu voor u ligt, een Jaar van de Eucharistie uit,” zo licht kardinaal Eijk de reden voor dit bijzondere jaar toe.

“We hopen dat niet alleen praktiserende katholieken, de kerkgangers, van de inhoud van deze brief kennis zullen nemen en hierdoor en door de speciale activiteiten in het Jaar van de Eucharistie in hun geloof in dit sacrament zullen worden gesterkt. Tevens is het zaak te bidden – met name in de voorbeden tijdens de vieringen – dat katholieken die de zondagse vieringen wellicht zelden of nooit meer bezoeken, de waarde van de Eucharistie mogen herontdekken en de draad van de zondagse deelname aan de viering ervan weer zullen oppakken. Dit kan ook gebeuren als zij zien hoe overtuigde gelovigen de liefde die zij van Christus in de Eucharistie ontvangen, doorgeven in hun liefde en aandacht voor medemensen die in nood verkeren of het minder hebben. Kortom, we hopen en bidden dat alle katholieken de Eucharistie (weer) als het kloppend hart van hun geloofsleven mogen beleven.”

De brief telt twee hoofdstukken. In het eerste wordt belicht wat de essentie van het sacrament van de Eucharistie is en welke plaats het inneemt in de navolging van Christus. In het tweede hoofdstuk noemt de kardinaal concrete elementen die eraan kunnen bijdragen dat de Eucharistie (weer) als het kloppend hart van het katholieke geloof wordt beleefd.

Ten eerste de opening en afsluiting van het Jaar van de Eucharistie in het eucharistisch centrum, met een Mis voor de hele parochie. Als beeldmerk voor het Jaar van de Eucharistie is gekozen het schilderij ‘De Emmaüsgangers’ van Rembrandt van Rijn. “Dit beeld van de Emmaüsgangers zal op banieren en andere uitingen van het Jaar van de Eucharistie te zien zijn, hopelijk in al onze kerken en op andere plaatsen,” aldus kardinaal Eijk. Ten derde is er een hymne gekozen, het lied ‘Gij zelf zijt, Heer’. Dit lied bezingt Christus als het levende Brood. Ten vierde zal het aartsbisdom een speciaal gebed aanreiken om gezamenlijk of persoonlijk te kunnen bidden, om het Jaar van de Eucharistie aan God op te dragen. Ook zal er een gebed komen dat dient om – op voorspraak van mgr. Alphons Ariëns – te bidden om roepingen tot het priesterschap. Tevens wijst kardinaal Eijk op het belang van Eucharistische aanbidding. Catechese over de Eucharistie is een zesde element, daarnaast staan in de brief nog andere mogelijkheden.

Klik hier om de pastorale brief te downloaden

Klik hier om een gedrukt exemplaar te bestellen

Afbeelding: Rembrandt Harmensz van Rijn (1606-1669), De Emmaüsgangers (Les pèlerins d’Emmaüs) (uitsnede), 1648, Parijs, Musée du Louvre, foto: RMN-Grand Palais (musée du Louvre) / Adrien Didierjean

Bron: Website van het Aartsbisdom Utrecht

Facebook
Twitter
LinkedIn